Op onze derde trekkingdag konden we de meeste spullen uit onze dagrugzak (kleren en toilettas) in de huiskamer van een van onze overnachtingsadressen achter laten, omdat we alleen op en neer naar het laatste primaire woud zouden lopen.
Voor het ontbijt liep ik wat door het dorp rond en daar maakte ik onderstaande foto van wat volwassenen en kinderen, die mij een bezienswaardigheid vonden.
Na het ontbijt in de huiskamer van het huis waar Corrie en Jan sliepen, gingen we met een lichte rugzak met Lambert, Irina en drie dragers (voor het vervoer van de lunch) omhoog. Dat was inspannend, maar we maakten regelmatig stops om weer op adem te komen. Er was een kort regenbuitje, waartegen we onszelf beschermde met de bladeren van de reizigersplant.
Na ongeveer twee a drie uur klimmen kwamen we bij het primaire woud aan. Op een kleine open plek in het woud werden een aantal grote bladeren van de reizigersplant gelegd, waar we later op zouden plaatsnemen voor de lunch. Lambert ging op onderzoek uit om indri’s te vinden. Vrij snel vond hij drie individuen, die rustig in een boom zaten en die bladeren aten. Ik kon goed dichtbij komen, waardoor ik mooie foto’s en videofragmenten kon maken.
Lambert probeerde ze te verleiden om te gaan “zingen” door kreten te laten, maar daar trapten ze niet in. We vonden naast deze lemuren ook interessante planten in bloei, waaronder twee soorten uit de Solanaceae familie en een orchidee.
We gebruikten de lunch (picknick) in het bos op de bladeren van weer een reizigersplant.
In de middag waren we rond half vijf weer terug in het dorp. Musici uit een ander dorp zouden in ons dorp muziek maken en daarbij zou ook gedanst worden. Rond vijf uur kwamen de muzikanten. We gingen allemaal naar de grootste open plek in het dorp. Toen de muziek een tijdje bezig was, gingen ook de meisjes uit het dorp dansen. Dat zag er heel schattig uit.
do 2 okt: dag 3 van de Milay trekking
Vandaag is het een spannende dag voor Jannie, Anneke en Robert. We doen de laatste wandeling, en moeten aansluitend op weg naar de hoofdstad Tana en naar het vliegveld. We maken ons al dagen zorgen of het wel gaat lukken. Er mag niets misgaan vandaag. De boot waarmee we dinsdag gekomen zijn is woensdag teruggevaren naar Brickaville, en vaart vandaag weer richting Fetraomby. Terug met de boot naar Brickaville is daarom geen optie. Daarom gaan we lopen naar Anivorano, maar we kiezen ervoor om dat over de ‘grote’ weg te doen en niet over de eigenlijke bospaadjes. Dan weten we zeker dat we op tijd, d.w.z. rond 12.00 uur in Anivorano zullen zijn om daar de taxibrousse te halen die ons naar Brickaville zal brengen. Daar zullen we om 14.00 uur in de Cotisse moeten stappen naar Tana.
We willen om 7 uur vertrekken maar lopen vertraging op door de ‘poffertjes’ die onze keukenprinsessen van de vruchten van de broodboom voor ons bereiden voor het ontbijt en die nog niet gereed zijn.
De ochtend begint mistig en vochtig als we op pad gaan en er valt onderweg een buitje, maar al gauw klaart het op, De wandeling verloopt voorspoedig. Onderweg kopen we wat bananen en jackfruit. Als Jannie erover begint dat ze graag rum mee naar Nederland mee wil nemen staan we twee tellen later al voor een kraampje dat lokaal gestookte rum verkoopt in een plastic frisdrankflesje. Kost minder dan 1 euro!
Frederique vertelt onderweg dat hij wil solliciteren bij de gendarmerie. Daarvoor moet hij meedoen aan een ‘concours’ waarin je getest wordt op taalbeheersing, rekenen en lees-en schrijfvaardigheden. Los van de testprestaties kun je alleen worden toegelaten tot de gendarmerie als je 4 miljoen ariary betaalt aan de baas van het concours, ruim 1000 euro!
In Anivorano lunchen we bij dezelfde vrouw als op de heenweg. De lunch wordt nu echter geserveerd in haar huis en niet aan de rivieroever. Haar huis is ongewoon netjes en ‘westers’ ingericht met een servieskast en nette meubels. Op de servieskast zit een kettingslot om te voorkomen dat haar strijkijzer en blender gestolen worden.
Aangekomen in het centrum van Anivorano blijkt de ene taxibrousse al vertrokken te zijn en de volgende voorlopig niet te vertrekken wegens gebrek aan passagiers. Na enig wachten moeten we ons opeens in de richting van een grote four-wheel drive begeven. Na enig onderhandelen van onze gids met de bestuurder mogen we tot onze verassing en vreugde instappen en zoeven we in no time met grote vaart over de onverharde gaten en keien naar Brickaville om daar ruim op tijd te arriveren voor de Cotisse.
Onderweg maakt de Cotisse een stop langs de weg voor een plaspauze. Een aantal reizigers gaan het bos in. De vrouw van de bestuurder gaat gehurkt voor de bus zitten en doet haar behoefte op de openbare weg.
We arriveren rond 8 uur in Tana. Het restaurant van het Cotisse station wil dan al sluiten. We zijn nog net op tijd om de dagschotel te kunnen bestellen. Op het toilet kunnen we ons snel nog wat opfrissen en kleding verwisselen voordat we later vanavond het vliegtuig in gaan.
Bij het verlaten van het restaurant loopt een taxichauffeur ons tegemoet. Hij heeft op ons gewacht. Zijn prijs is goed en we stappen in een oude Renault 5 die afkomstig is uit Belgie. De achterklep wordt tijdens het inladen van de bagage opengehouden met een houten stok. De bagage past meer niet dan wel. De wegen zijn duister in Tana door het ontbreken van straatverlichting. Deze taxi heeft geen groot licht en alleen stadslicht. De weg voor ons wordt vooral verlicht door de koplampen van de auto’s achter ons. Alles aan deze auto zit los. Om onszelf moed in te praten zaten we onderweg al hardop te fantaseren of we gekneveld en beroofd achtergelaten zouden worden op een veldje buiten de stad. Maar nee, we worden keurig afgeleverd bij het vliegveld. Een hele opluchting. We geven de chauffeur 20% fooi, voor aanschaf van nieuwe koplampen, of voor een hele nieuwe auto.
Op het vliegveld was het nog erg oppassen voor zakkenrollers! Terwijl we stonden te wachten in de rij bij het inchecken werden er onder onze neus al twee opgepakt.
Het vliegtuig vertrok 2 uur te laat, maar landde op tijd in Parijs waar we met gemak de aansluitende vlucht naar Amsterdam haalde die zelf een half uur vertraagd was.